Re: Verschil in uitvoering diff tandwielen drager.

#2
980597 schreef:Het huis waarin de differentieel tandwielen gemonteerd zaten van mijn Banjo differentieel was beschadigd.

Gisteren heb ik een vervangend exemplaar op de kop weten te tikken. De eerste indruk is dat beide gelijk

zijn. Nadere studie wijst uit dat de uitvoering die ik nu heb geen geboorde oliekanalen heeft.

Is iemand dat al eens opgevallen? Frank
Nee Frank, de enige keer dat de klok in de banjo-as bij mij is gereviseerd is dat nog door iemand van mijn garage gedaan. Zou het niet kunnen zijn dat die oliekanalen een latere modificatie zijn? Zonder die kanalen moet het daar met spatsmering werken, iets dat bij Hypoid oliën wat minder goed werkt. Maar wellicht was dat eerst wel het uitgangspunt. De foto's in Haynes missen overigens dit soort details.

Denk aan die vetkanalen die je op de onderste bussen van de fusées kan maken door een gleuf te frezen en een gat door het midden van de bus te boren (zie hfdstuk modifications in Porter's MGB boek).

Nogmaals veel succes met het geheel :-D on

NB Ik vertrouwde het vullen met olie aan beide uiteinden vanuit het midden juist weer niet. Door beide zijden van de achteras om beurten vrij hoog op te krikken heb ik het overlopen toen zeker gesteld. En sinds kort zit er na oliewisseling van de banjo-as nu ook wat TSL bijgevoegd (alleen in een bak met overdrive of een achteras met slipdiff mag geen TSL worden toegepast, elders wel)

Re: Verschil in uitvoering diff tandwielen drager.

#3
Don,
Ik heb de indruk dat het ontbreken van de olie kanalen een latere modificatie is. Mijn motivatie:

De beide dragers, gietstukken, zijn voorzien van nokken voor het aanbrengen van de boringen. Deze nokken vergemakkelijken het boren van het gietstuk aangezien de gaten onder een hoek aangebracht moeten worden. Deze nokken zitten absoluut niet in een gietstuk voor een uitvoering waarin geen gaten geboord hoeven te worden. Voor de fabrikant van het gietmodel is het n.l. goedkoper en makkelijker om deze voorziening niet aan te brengen als die niet nodig zijn. Verder kost het weglaten van een nok in een gietstuk eveneens geld, zodat volgens goed gebruik een dergelijke voorziening bijna nooit uit een model wordt verwijderd als er geen gebruik meer van wordt gemaakt.

De lagering van de differentieel tandwielen waarin de steekassen worden gestoken is zowel lateraal als axiaal. Dit is het best zichtbaar aan de plek waar de boring uit komt aan de binnenzijde van de drager: precies op het kruispunt van de axiale en laterale lagering. Het huis zonder oliekanalen heeft op dit punt een onder 45 graden een afgeschuind gebied. De ruimte die hierdoor ontstaat tussen de laterale en axiale lagering van het tandwiel en de dragers is geschikt voor het verzamelen van olie.

Het grootste deel van de tijd staan de differentieel tandwielen n.l. stil. Alleen bij het maken van een bocht zullen deze tandwielen draaien.

De olie in het differentieel staat alles behalve stil tijdens het rijden. De olie wordt door de vorm van het kroonwiel langs de achterzijde van het huis naar boven gegooid en vervolgens naar voren geslingerd. Het huis van het differentieel heeft een groot kanaal naar de beide lagers van het pignon. Aan de onderzijde van de differentieel stroomt de olie vervolgens terug naar het huis. In het huis van de differentieel heerst een milieu met heel veel spat smering. Hierbij komt er ook olie tussen de lagering van de differentieel tandwielen. Ik heb de indruk dat de oliekanalen de olie tussen de differentieel lageren afvoeren door de centrifugaal kracht als gevolg van de rotatie van het roteren van de differentieel drager. Zouden de gaten tangentiaal aangebracht zijn, zou er olie geschept kunnen worden afhankelijk van het olie niveau.
De gaten zitten echter radiaal, het geen positieve bijdrage doet voor de smering.

Ik heb de indruk dat de drager zonder gaten een heel kleine verbetering is. Ik heb in geen enkel workshop manual een foto of cross section kunnen vinden waar de boringen te vinden. David M. Palmer heeft in 1958 een sewrie boeken uitgebracht, nl: Car Maintenance Series M.G. Series. A practical guide to maintenance and repair covering models from 1946. Op blad 136 staat een dwarsdoorsnede van het MG Midget Mk1 differentieel. Op bladzijde 138 staan trouwens op de gewone tekening de olie kanalen ook getekend. Hiermee is naar mijn menig bewezen dat in de oudere types differentieels deze boring altijd zijn aangebracht.

Deze differentieel drager zonder gaten is een nieuw ontwerp, of ...

onvolledig bewerkt. Met andere woorden niet geschikt voor gebruik.

De realiteit is echter dat het na-geleverde huis sporen heeft van gebruik.

Verder is het schuin bewerkte vlak tussen de beide lager vlakken van de differentieel lagers opmerkelijk. Ik denk dat het bedoelt is om olie te verzamelen.

Wat is jou indruk?

Frank

Re: Verschil in uitvoering diff tandwielen drager.

#4
980597 schreef:Don,
Ik heb de indruk dat het ontbreken van de olie kanalen een latere modificatie is. Mijn motivatie:

De beide dragers, gietstukken, zijn voorzien van nokken voor het aanbrengen van de boringen. Deze nokken vergemakkelijken het boren van het gietstuk aangezien de gaten onder een hoek aangebracht moeten worden. Deze nokken zitten absoluut niet in een gietstuk voor een uitvoering waarin geen gaten geboord hoeven te worden. Voor de fabrikant van het gietmodel is het n.l. goedkoper en makkelijker om deze voorziening niet aan te brengen als die niet nodig zijn. Verder kost het weglaten van een nok in een gietstuk eveneens geld, zodat volgens goed gebruik een dergelijke voorziening bijna nooit uit een model wordt verwijderd als er geen gebruik meer van wordt gemaakt.

De lagering van de differentieel tandwielen waarin de steekassen worden gestoken is zowel lateraal als axiaal. Dit is het best zichtbaar aan de plek waar de boring uit komt aan de binnenzijde van de drager: precies op het kruispunt van de axiale en laterale lagering. Het huis zonder oliekanalen heeft op dit punt een onder 45 graden een afgeschuind gebied. De ruimte die hierdoor ontstaat tussen de laterale en axiale lagering van het tandwiel en de dragers is geschikt voor het verzamelen van olie.

Het grootste deel van de tijd staan de differentieel tandwielen n.l. stil. Alleen bij het maken van een bocht zullen deze tandwielen draaien.

De olie in het differentieel staat alles behalve stil tijdens het rijden. De olie wordt door de vorm van het kroonwiel langs de achterzijde van het huis naar boven gegooid en vervolgens naar voren geslingerd. Het huis van het differentieel heeft een groot kanaal naar de beide lagers van het pignon. Aan de onderzijde van de differentieel stroomt de olie vervolgens terug naar het huis. In het huis van de differentieel heerst een milieu met heel veel spat smering. Hierbij komt er ook olie tussen de lagering van de differentieel tandwielen. Ik heb de indruk dat de oliekanalen de olie tussen de differentieel lageren afvoeren door de centrifugaal kracht als gevolg van de rotatie van het roteren van de differentieel drager. Zouden de gaten tangentiaal aangebracht zijn, zou er olie geschept kunnen worden afhankelijk van het olie niveau.
De gaten zitten echter radiaal, het geen positieve bijdrage doet voor de smering.

Ik heb de indruk dat de drager zonder gaten een heel kleine verbetering is. Ik heb in geen enkel workshop manual een foto of cross section kunnen vinden waar de boringen te vinden. David M. Palmer heeft in 1958 een sewrie boeken uitgebracht, nl: Car Maintenance Series M.G. Series. A practical guide to maintenance and repair covering models from 1946. Op blad 136 staat een dwarsdoorsnede van het MG Midget Mk1 differentieel. Op bladzijde 138 staan trouwens op de gewone tekening de olie kanalen ook getekend. Hiermee is naar mijn menig bewezen dat in de oudere types differentieels deze boring altijd zijn aangebracht.

Deze differentieel drager zonder gaten is een nieuw ontwerp, of ...

onvolledig bewerkt. Met andere woorden niet geschikt voor gebruik.

De realiteit is echter dat het na-geleverde huis sporen heeft van gebruik.

Verder is het schuin bewerkte vlak tussen de beide lager vlakken van de differentieel lagers opmerkelijk. Ik denk dat het bedoelt is om olie te verzamelen.

Wat is jou indruk?

Frank
Een goed doorwrocht stukje tekst Frank. Volgens mij zitten we beiden goed met die inschatting op een latere modificatie. Alleen dan andersom geredeneerd (ik dacht aan later toevoegen, jij geeft het later weglaten aan, even plausibel). En als dit differentieel gebruikt is, maar daardoor niet beschadigd is geraakt, zou ik me over het al of niet onbruikbaar ervan zijn maar geen zorgen maken. Ik herhaal overigens mijn advies om TSL (of anders het nieuwe Prozone product?) toe te voegen aan de hypoid olie. Dan heb je extra zekerheid bij randsmeringsverschijnselen. Baat het niet dan schaadt het zeker niet! 8-)

Ga je eerst de klok revideren met een andere pignon/kroonwiel afstelling, dan was het vroeger zo, dat je die eerst op elkaar in moest laten lopen, vervolgens de olie verversen en daarin dus pas die wrijving verminderende middelen als TSL toevoegen. Zo niet dan duurt het inlopen wel héél lang :o

Ik heb nog eens de foto's in mijn (vroegere) Haynes-boek voor je bekeken, maar inderdaad op geen enkele plaat staan details als jij noemt als herkenbaar aangetroffen. Laat staan verklaringen over de smering als zodanig. Het is overigens alleszins verklaarbaar waarom men gietstukken niet meer wijzigt, maar de boringen in die aanhangsels later achterwege laat. Beide zaken sparen immers kosten in een lopende productierun. Voldoende spatsmering moet dus gewoon voldoende zijn, ook voor jou :P

NB Zoals je elders kon lezen kom ik met jouw vroegere banden er langzaam maar zeker wel uit . Volgende week ga ik ook eens een andere 45D ontsteking met Accuspark Hallgever aan de tand voelen. Wie weet kan dan toch de oude tachometer door een andere aansluitmethode hierop blijven werken :P